Wat heb je nodig?

250 zoete aardappel 300 g ongezouten roomboter 225 g suiker 2 zakjes vanillesuiker 3 eieren 250 g zelfrijzend bakmeel, gezeefd 1 tl kaneel 1 tl gemalen gember 1/2 tl gemalen nootmuskaat 1 sinaasappel 75 g walnoten, grof gehakt 200 g poedersuiker 200 g verse roomkaas naturel

 

Hoe bereid je de taart?

 

Verwarm de oven voor tot 160 graden. Schil de zoete aardappel, snijd hem in blokjes en kook het in circa 6 minuten gaar. Klop met de mixer of keukenmachine 175 gram boter met de suiker, 1 zakje vanillesuiker en een mespunt zout tot een romige crème. Klop er een voor een de eieren door. Klop er tot slot het bakmeel en de specerijen door.

Boen de sinaasappel schoon en rasp de schil. Maal de afgekoelde zoete aardappelblokjes in de keukenmachine (of in porties in de hakmolen van de staafmixer) fijn, maar niet tot puree!

Schep de zoete aardappel, de sinaasappelrasp en de walnoten door het beslag. Schep het beslag in de vorm.

Bak de taart in de voorverwarmde oven in 50—55 minuten goudbruin en gaar. Laat de taart in de vorm afkoelen.

Klop met de mixer of in de keukenmachine de resterende 125 gram boter met poedersuiker romig. Klop er de roomkaas en het laatste zakje vanillesuiker door.

Bestrijk de boven- en zijkant van de afgekoelde taart met het vanilleglazuur. Zet de taart nog 1 uur in de koelkast, of tot de glazuurlaag steviger is. Snijd de taart met een in koud water gedoopt met in mooie punten. Garneer de taart eventueel af met extra walnoten.